Niet de koplopers vormen de uitdaging, maar het peloton

Als het aan Arjan van Rijn ligt gaat IBP Vitaal Platteland nog niet ver genoeg: ‘De samenwerking mag wat mij betreft nog veel intensiever.’ Van Rijn is een van de trekkers van het IBP VP-proces, namens waterschap Amstel Gooi en Vecht (AGV).

1. Mijn eigen rol en bijdrage aan het realiseren van (interbestuurlijke) regionale ambities is klip en klaar.

Los van rollen is het heel belangrijk om te beseffen dat niemand de problematiek op het platteland alleen kan oplossen. Als ik een rol moet benoemen, dan zie ik mezelf vooral als aanjager, waarbij ik het als de grootste uitdaging zie om partijen met elkaar te verbinden. Snelheid in het proces brengen en houden is daarbij mijn voornaamste doel. Want er moet gewoon wat gebeuren. Als waterschap hebben we heel veel kennis en zijn we vaak adviserend in ruimtelijke processen. Daarbij is en blijft wat mij betreft de voornaamste vraag ‘wat willen we met bodembeheer en heeft dat zin?’

2. Dat interbestuurlijk samenwerken was een leuk experiment, maar ik snak naar het moment dat we weer gewoon kunnen doen.

Absoluut niet mee eens. Als bestuurders beseffen we enorm dat we voor de huidige complexe maatschappelijk vraagstukken van elkaar afhankelijk zijn. Juist nu is integraal optrekken van meer belang dan ooit, want iedereen heeft bepaalde knoppen waarmee hij of zij kan sturen. Eigenlijk gaat IBP VP mij nog niet ver genoeg; het zou nog veel intensiever moeten! Overheden willen nog te vaak hun eigen ding doen. Zo verspeel je niet alleen tijd en geld, maar ook de goodwill in een gebied.

3. Als overheden zijn we nog niet klaar voor onze nieuwe rol

Als overheden blijven we nog te veel gericht op het naar voren schuiven van eigen oplossingen. Maar we moeten beseffen dat we al lang niet meer de enige bepaler zijn. We moeten de regie veel meer in het gebied leggen. Daar zit de knowhow en kennis naar duurzame oplossingen. Ik begrijp dat dit een cultuuromslag vergt.

Neem als voorbeeld de stikstofproblematiek: stel je vindt als overheid dat een bepaalde ondernemer naast een Natura2000 gebied moet omschakelen of misschien zelfs wel weg moet. Dan zeg ik: kijk even verder in het gebied en stel de vraag wat zíj denken dat er mogelijk is. Misschien blijkt dan dat je het probleem ook op kunt lossen door drie anderen te helpen met een plan. Of met vertrekken, omdat ze bijvoorbeeld toch al geen bedrijfsopvolger meer hadden.

Ook moet je een middel soms niet schuwen. Zo hebben we er in het kader van onze Nota Peilbeheer en Strategie Bodemdaling (in 2019) voor gepleit dat AVG in 2030 de bodemdaling in het gebied nog maar voor 75% volgt met de waterpeilen. Natuurlijk kwam er volop commentaar. Maar hadden we niet de regie gepakt, dan zou het water sowieso aan onze lippen zijn gezet. Je moet wel stappen durven zetten, anders maak je te weinig meters. Zo krijg je van lieverlee de zaak aan de gang. En besef daarbij dat niet de koplopers de uitdaging vormen, maar het peloton!’

Tot slot: aan welke collega-bestuurder zou je het stokje graag willen doorgeven?
Esther Rommel, gedeputeerde voor de provincie Noord-Holland.