
Staar je niet blind op stikstof. Zo luidt het devies van de policybrief Stikstof, die het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in december 2019 publiceerde. Een leestip voor bestuurders en strategen, want dit document biedt een palet aan alternatieve denkrichtingen.
Alternatieve sporen
De policybrief Stikstof biedt lokale en regionale bestuurders en strategen over een termijn van 5 tot 10 jaar een palet aan alternatieve denkrichtingen, om ruimte te creëren voor vergunningverlening en het versterken van natuurwaarden.
“Stikstofmaatregelen om een dalende trend in stikstofdepositie te bereiken blijven – zeker op korte termijn – noodzakelijk om vergunningverlening rond natuurgebieden mogelijk te houden en de natuurkwaliteit te verbeteren. Maar op langere termijn zijn er tal van alternatieve sporen mogelijk om de natuur te versterken”, zegt Martijn Vink, PBL-onderzoeker en hoofdauteur van de policybrief.
Bredere doelformulering
Als gevolg van de stikstofuitspraak van de Raad van State in 2019 op basis van de Europese Habitatrichtlijn, kwam de focus in ons land geheel op stikstofdepositie te liggen. Diezelfde uitspraak biedt volgens de onderzoekers echter kansen voor een bredere doelformulering.
Vink: “In de Habitatrichtlijn vind je het woord stikstof nergens terug. De belangrijkste eis is dat er per Natura 2000-gebied geen verslechtering van de natuur mag plaatsvinden, en dat op termijn op landelijke schaal een zogenoemde ‘gunstige staat van instandhouding’ van de natuur wordt bereikt.”
Mogelijke denkrichtingen
Het staat overheden dus voor een groot deel vrij om binnen de kaders van de Habitatrichtlijn, en de uitspraak van de Raad van State, zelf te bepalen wat zij als doel voor een bepaald gebied willen formuleren. Kijkend naar de middellange en langere termijn, wijst het PBL daarbij op een aantal mogelijke denkrichtingen die ruimte voor vergunningverlening kunnen creëren zonder uitsluitend te focussen op stikstof.
De meeste winst lijkt volgens de onderzoekers te behalen met een vergroting van het natuurareaal, waarbij je ook weer een breed vizier kunt hanteren. “Versnipperd natuurgebied verbinden ligt voor de hand, maar hierbij kan ook worden gedacht aan lokale ingrepen ter verbetering en -verrijking van natuurwaarden en landschap. Denk bijvoorbeeld aan de aanleg van bufferzones rondom Natura 2000 gebieden, meer water in een gebied, extensieve landbouw, een groter foerageergebied voor weidevogels, of de aanleg van houtwallen.”
Structureel kiezen
Bij het kiezen van een strategie is het volgens de onderzoekers van belang dat de politiek structurele keuzes durft te maken. Dit kan soms pijnlijk zijn voor een of meer maatschappelijke partijen. Maar wanneer je alle belangen te dicht naast elkaar handhaaft, kom je niet verder.”
Een programmatische aanpak zoals het IBP Vitaal Platteland, vormt volgens PBL een belangrijke randvoorwaarde, om te komen tot de hierboven geschetste robuuste, duurzame gebiedsoplossingen. “Een programma biedt naar verwachting het platform dat de noodzakelijke coördinatie tussen verschillende overheden, actoren en bestuurslagen mogelijk maakt”, aldus pagina 44 en 45 van de policybrief Stikstof.
Meerdere knoppen
Kortom: integraal besturen kan een stevige uitgangspositie bieden voor een bredere doelformulering, om te voldoen aan nationale en Europese natuurrichtlijnen, en daarmee ruimte te creëren voor vergunningverlening.
Wanneer je op de juiste wijze aan meerdere ‘knoppen’ weet te draaien, en een dalende trend in stikstofdepositie wordt gecombineerd met versterking van de natuur, dan heb je als bestuurder of strateeg juridisch een heel sterk argument om vergunningen mogelijk te maken, zonder dat je helemaal terug moet naar de stikstofnormen.
Autoriteit instellen
Om juridisch stand te houden, moeten maatregelen als ontsnippering of een hogere grondwaterstand wel worden onderbouwd in een integraal ecologisch oordeel. Dit moet verder kijken dan louter de effecten van stikstof op natuur. Daarbij wordt dan integraal gekeken naar gebiedspecifieke omstandigheden en naar alle oorzaak-gevolg relaties, zoals de effecten van het verhogen van de grondwaterstand.
Om zo’n ‘omvattend ecologisch oordeel’ met voldoende gezag te kunnen vellen om juridische stand te houden, stelt PBL voor een wetenschappelijke autoriteit in te stellen.
Meer weten? Lees de policybrief Stikstof.
Maandelijkse tip
Het PBL ondersteunt het IBP Vitaal Platteland door lerend te evalueren en draagt bij aan de wetenschappelijke onderbouwing van diverse werkplaatsen en bijeenkomsten. Via de online rubriek ‘PBL tip van de maand’, geeft het planbureau in 2020 tevens maandelijks een lees- of andere tip.